cello

De cello is een strijkinstrument dat behoort tot de vioolfamilie. De cello is groter dan de viool, waardoor hij een lagere en warmere klank bezit, die heel dicht aanleunt bij de menselijke stem. Omdat de cello te groot is om vast te houden, bespeelt men die zittend: De cellist houdt de cello tussen de knieën en laat het instrument tegen zich aanleunen, steunend met de pin op de grond. Met de linkerhand druk je de snaren in en regel je de toonhoogte, de rechterhand plukt aan de vier verschillende snaren of strijkt erover met de strijkstok en produceert zo de klank.

​

Er bestaan verschillende maten cello. De juiste maat is afhankelijk van de leeftijd en de lengte van de speler. Samen met de leraar wordt de goede maat gekozen. Kinderen beginnen dus eerst op een kleinere cello.

​

De cello is een melodie-instrument. Hij klinkt mooi als solo-instrument, maar ook samen met een tweede cello, met piano of in een orkest. Als cellist heb je de mogelijkheid om al in een vroeg stadium samen met anderen te musiceren. 

Niet alleen omdat het zo’n mooi instrument is, werd er veel muziek voor cello geschreven. Je kunt ook ontzettend veel kleur in je klank brengen: de cello kan stout, lief, ondeugend, verleidelijk, pittig,... klinken. Qua toonhoogte kan kan hij heel laag, maar ook vrij hoog klinken en net zoals bij de viool zijn er zeer veel verschillende speeltechnieken.

​

Instrument kopen of huren?
Het is mogelijk om in de school een cello te huren via vzw Thoover.
Bij aankoop van een instrument vraag je best advies aan de leraar.

​

Leerkracht: Jan Matthé

Campus: Overijse, Tervuren